Voeding & Topprestaties


Moeiteloos 100 jaar oud?

pagina verhuist van uitdaging.net
artikel van voor 2012

Belangrijkste maaltijd
Het ontbijt is de belangrijkste maaltijd van de dag. Daarom slik ik elke morgen een stevige multivitamine, aangevuld met enkele grammen vitamine C, glucosamine, vitamine E, calcium en tweehonderd microgram selenium. Daarna komen de kelp, spirulina, ginkgo, melkzuurbacteriën, lecithine, visolie, ribose, creatine, vanadylsulfaat, CLA’s en groene thee-capsules. In totaal slik ik ’s ochtends zo’n dertig pillen, die ik wegspoel met whey eiwit. Het is dat ik op punten een ongezonde levensstijl heb, maar anders werd ik moeiteloos honderdtwintig. In plaats daarvan gok ik op een eeuw.

Shockerende eetgewoonten
Mijn eetgewoonten shockeren sommige individuen in mijn omgeving. ‘Eet toch gewoon’, adviseren ze me. ‘Neem groenten en fruit. En volkorenbrood en rauwkost. Van al die onnatuurlijke pillen ga je uiteindelijk alleen maar eerder dood.’ In hun ogen passeer ik een mythische grens. Ik verlaat de welwillende en vriendelijke natuur, die de mensheid eeuwenlang heeft gevoed, en lever me over aan de industrie, geschifte Amerikaanse goeroes en de wetenschap. En daarvoor zal ik worden gestraft, zeggen ze. ‘Wacht maar af.’

Voedingsgewoonten
Eerder dit jaar verscheen ‘De voeding van Nederland in de twintigste eeuw’. Het is geschreven omdat de Nederlandse Vereniging van Voedingsleer en Levensmiddelentechnologie in 1999 vijftig jaar bestond. In het boekje blikken achttien Nederlandse voedingswetenschappers terug op de voeding van de inmiddels voorbije eeuw. In die eeuw hebben het bedrijfsleven en de wetenschap een zwaar stempel op onze voedingsgewoonten gedrukt.

Voedingspatroon veranderingen
Omstreeks negentienhonderd, lees ik, aten Nederlanders nog nauwelijks groenten en fruit. Als ze dat wel hadden gedaan, was dat knap onverantwoord geweest. Voor zover bekend bestond het eten maar voor vijftien procent uit vet. Dat betekende dat de mensen hun energie uit aardappelen en granen moesten halen. Om toch aan hun calorieën te komen moesten ze die in grote hoeveelheden eten. Voor groenten, die praktisch geen energie leveren, was gewoon geen plaats. Die ontstond pas als de bevolking twintig jaar later meer geld krijgt om dierlijke producten, die meer calorieën bevatten, te kopen.

Voedingswetenschap
Dat groenten die beschikbare ruimte ook gaan vullen, komt omdat de tuinbouwindustrie een afzetmarkt zocht voor zijn producten. De tuinbouw exporteerde tot dan vooral naar Engeland en Duitsland. Tijdens de eerste wereldoorlog stokte de buitenlandse handel en dat betekende een grote strop. Om herhaling te voorkomen besloten de tuinders groenten en fruit populair te maken. Even na 1920 gaat een reclamecampagne gaat van start. Posters, die de consumenten ervan moeten overtuigen dat groenten onmisbaar voor de gezondheid waren, verschijnen na de eerste wereldoorlog op de stations, op straat en op rondrijdende auto’s. Het media-offensief wordt kracht bijgezet door de jonge voedingswetenschap. Chemici en biologen doen verwoed onderzoek naar een nieuw soort stoffen in de voeding, die een sleutelrol in de gezondheid lijken te vervullen: vitamines. En een aantal daarvan komen voor in de producten die de tuinbouwers willen verkopen. Die ontdekking komt voor de tuinders als een geschenk uit de hemel.

Bron van gezondheid
Geïnspireerd door de resultaten van het onderzoek produceren de reclamemensen van de tuinders posters, waarop teksten staan als: ‘Eet thans komkommers. Rijk aan vitamines. Een bron van gezondheid.’

Doorbraak
Behalve wetenschappelijke doorbraken en een expanderende economische sector is er nog een factor die groenten en fruit helpt inburgeren: de uit Duitsland overgewaaide Reformbeweging. Aan het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw was Duitsland ongeveer wat Californië nu is: een laboratorium, waar onze manier van denken over gezondheid, lichaam en voeding wordt gemaakt. Californië geeft ons volleybal, aerobics en fitness. En bodybuilding, natuurlijk. Duitsland gaf ons Körperkultur, turnen en gymnastiek. Californië geeft ons soja-snacks en supplementen. Duitsland gaf ons volkoren producten en het vegetarisme.

Geraffineerde voeding
Goeroes, de verre voorlopers van Dan Duchaine, Derek Cornelius en Paul Borresen, propageren volkoren producten, vers fruit en rauwe groenten. Die voedingsmiddelen zouden voedingsstoffen bevatten die niet meer in geraffineerde voeding zitten.

Voorlichtingsavonden
Met het groeien van de welvaart neemt in de jaren daarna de consumptie van groenten toe, om in de jaren zeventig zijn hoogtepunt te bereiken. De inspanningen van de tuinbouwsector zijn daar niet vreemd aan. Op huishoudbeurzen, voorlichtingsavonden, folders en brochures verkondigen ‘voorlichters’ het belang van groenten en fruit.

Achter lopen
Het eten van groenten en fruit en vezels is helemaal niet zo ‘natuurlijk’ als de zeurpieten in mijn omgeving altijd beweren. Historisch gezien zijn niet alleen pillenslikkers zoals ik het resultaat van de bemoeienis van goeroes, wetenschappers en de industrie met onze voeding. De voorvechters van een ‘normale’ voeding, met hun groenten, fruit en volkoren producten, zijn dat net zo goed. Ze lopen alleen achter.

Bronnen:
1. Dit stuk is oorspronkelijk gepubliceerd als column op Ultimate Body, september 2001. Het is een bewerking van: Willem Koert. Bedrijfsleven maakte van aardappeleter groente-eter. Weekblad voor Wageningen UR, nr. 17, 31 mei 2001. 2. Besproken boek: Redactie: A.P. den Hartog. De voeding van Nederland in de twintigste eeuw. Wageningen Pers, Wageningen 2001.
Ergogenics© met toestemming van Willem Koert